Ik wandel het dorp Nijar (Spanje) uit, ik loopt langs de enorme cactus, de aftandse zwartplastic paardenstal, naar de berg. Ik passeer een schuur waar een jonge vrouw die tegen een klein oud dametje staat te schreeuwen. Het dametje draagt een schort over haar jurk en gouden oorringetjes. Via een smal pad loop ik de bergen in, waar het zó stil kan zijn dat ik het elke keer weer indrukwekkend vind. Een zachte windvlaag. Een kwetterende vogel. Je eigen oorsuizen. Als ik weer terug ga, staat het kleine oude dametje op de weg, ze drentelt wat heen en weer bij een plastic zak vol mandarijntjes. Die heeft ze net geplukt. Ze heeft hier haar eigen boomgaard en ze wacht op haar dochter om haar weer op te halen. Als ik haar wat wil vragen, blijkt dat ze stokdoof is, en ik ga tegen haar staan schreeuwen. Ze glimlacht en drukt me vijf mandarijntjes in de hand.
Wat vind jij?